G.W.C.D baron thoe Schwartzenberg en Hohenlansberg

Burgemeester van Gaasterland van 15 mei 1934 – 31 oktober 1964.

VOORWOORD

Tijdens de gehele Tweede Wereldoorlog was de heer G.W.C.D. baron thoe Schwartzenberg en Hohenlandsberg burgemeester van de gemeente Gaasterland. Groot was zijn vreugde op 17 april 1945 om 15.40 uur toen de Canadezen met hun tanks Balk binnenrolden en de vrijheid gevierd kon worden. Zijn vreugde sloeg om in bittere pijn toen hem om 17.00 uur verteld werd dat hij door de waarnemend Commissaris der Koningin uit zijn functie terzijde was gesteld. Het was geen ontslag maar een tijdelijke schorsing om zijn werk te onderzoeken tijdens de oorlogstijd. Het bleek te gaan om zijn – door de Duitsers opgelegde - medewerking aan o.a. Winterhulpcollecten en het doorgeven van namen van jongemannen geboren in 1921, 1922, 1923 en 1924 en van gemeentepersoneel. Bij weigering zou ontslag volgen en een NSB-burgemeester zou in zijn plaats gekomen zijn. De bevolking van Gaasterland zorgde voor 1200 adhesiebetuigingen om hem weer in zijn ambt te herstellen. Op 1 april 1946 was het zover en nam Schwartzenberg het burgemeesterschap weer op zich tot 31 oktober 1964.

De drang om onderzoek naar de burgemeester te doen is ingegeven enerzijds uit nieuwsgierigheid naar de geschiedkundige loop der dingen in de Gaasterlandse oorlogstijd. Anderzijds de belangstelling voor de reden van zijn terzijdestelling. Privé toonde hij aan uit het goede hout gesneden te zijn door vanaf 1944 een Portugese Jodin verborgen te houden en enkele  hongerevacueetjes op te nemen. Ik probeerde mij in te leven in zijn positie als burgemeester door mij af te vragen: Wat zou ik gedaan hebben als ik burgemeester van Gaasterland was geweest? Zou ik actief verzet hebben gepleegd of passief? Zou ik ook gevlucht zijn in het argument om te blijven zitten om daarmee een NSB-burgemeester te voorkomen? Zo ja, op welke wijze moest ik dan mijn gezin onderhouden?

Het zijn vragen en nog eens vragen. Bedenk bij het achteraf beoordelen van de mensen in de Tweede Wereldoorlog dat 5% van de mensen ,,goed” was, 5% ,,slecht” en 90% van de mensen probeerde de oorlog zo goed mogelijk zonder kleerscheuren door te komen.

Ik hoop dat het mij is gelukt om U een goed inzicht te geven in het functioneren van burgemeester G.W.C.D. baron thoe Schwartzenberg en Hohenlansberg.

Jan Geert Vogelzang

 

INHOUD:

  1. Voorwoord
  2. Inhoudsopgave
  3. Persoonsgegevens
  4. Het begin van het burgemeestersambt in Nieuw- en St Joosland.
  5. Afscheid van de gemeente Nieuw- en St Joosland.
  6. Leeuwarder Courant wijdt een welkomstwoord aan de nieuwe burgemeester.
  7. Begroeting en installatie in de raad van Gaasterland
  8. Overzicht van zijn optredens in de pers.
  9. Bevrijding en teleurstelling.
  10. Ter zijde gesteld.
  11. Waarom deze terzijdestelling.
  12. In ere hersteld.
  13. Afscheid van de gemeente Gaasterland.
  14. Persoonlijke besluitvorming van Schwartzenberg in oorlogstijd.
    1. Chronologisch overzicht
    2. Zelfstandig bestuurlijke beslissingen.

PERSOONSGEGEVENS

Georg Wolfgang Carel Duco baron thoe Schwartzenberg en Hohenlansberg. Aanspreektitel: Hoogwelgeboren Heer.
Geboren: 9 oktober 1899 in Paramaribo, overleden op 13 april 1985.
Vader: Georg Frederik baron thoe Schwartzenberg en Hohenlansberg, geboren 8 juli 1864, overleden 15 mei 1945. De vader is 7 jaar Griffier van Justitie in Paramaribo geweest en was President van de Rechterlijke Macht. Na 7 jaar keerde hij met zijn gezin terug naar Nederland en vestigde zich in Middelburg. Hier werd hij President van het Gerechtshof.
Moeder: Adriana Magdalena Snouck Hurgronje, geboren 1 juni 1871, overleden 6 juli 1955.
Gehuwd met: Adolphine Caroline jonkvrouw Wttewaall van Stoetwegen, geboren 27 oktober 1901 in Herwijnen, overleden 2 oktober 1978 in Arnhem. Het huwelijk werd op 27 mei 1931 voltrokken.  Haar vader: Ferdinand jonkheer Wttewaall van Stoetwegen, geboren 27 juni 1866 in Nijmegen, werd burgemeester, overleden op 11 oktober 1936 in Oosterbeek. Haar moeder: Wilhelmina Johanna baronesse d ‘Aulnis de Bouroui, geboren 30 juli 1876 in Den Bosch, overleden 9 januari 1954 in Velp.

Drie kinderen:

  1. Anna Wilhelmina (roepnaam Annemientje), geboren 5 januari 1933 in Nieuw en Sint Joosland. Getrouwd met Mr. Jacob Adriaan van Hasselt. Woonde 2008 in Rotterdam. Haar opleiding volgde zij aan de Middelbare Meisjesschool in Arnhem; daarna Hoger beroepsonderwijs; K en O=Kinderverzorging en Oudervoorlichting acte N.XX in Amsterdam. In de Tweede Wereldoorlog droeg zij - en haar vriendinnen - in Balk  dubbeltjesarmbanden met de beeltenis van Koningin Wilhelmina. Ook droegen zij mica-ringetjes met rood-wit-blauwe stippen erop. Het was de taak van Annemientje om iedere dag melk te halen bij een boer.
  2. Georg Frederik (roepnaam Joost), geboren 6 juli 1934 in Balk. Gescheiden van Anna Maria Deeler. Hertrouwde in 2005 met Ruth van Fijn de Vriendt en woonden toen in Amersfoort. Hier overleed hij op 30 april 2021. Hij volgde de opleiding HBS in Leeuwarden en werd ingenieur tropische landbouw. Personeelschef directie sluizen en stuwen Rijkswaterstaat te Utrecht.
  3. Watze Julius Justus Dominicus, geboren 19 augustus 1936 in Balk, overleed 10 november 2003 in Den Haag. Trouwde met Cornelia Catherina Schade van Westrum, geboren 9 maart 1936. Hij volgde de H.B.S. in Sneek, studeerde rechten in Amsterdam en Genève en maakte deel uit van het ,,diplomatenklasje” in Den Haag. Hij was in diplomatieke buitenlandse dienst, o.a. in Wenen, Singapore en Buenos Aires.

Burgemeesterscarrière G.W.C.D. baron thoe Schwartzenberg en Hohenlandsberg.

  • Burgemeester van Nieuw- en St. Joosland bij Koninklijk Besluit van 27 september 1928, nummer 35.
    Burgemeester van Gaasterland: 15 mei 1934 als opvolger van Hendrik Gaaikema.
    Politieke partij: Christelijk Historische Unie
    Bij Koninklijk Besluit van 15 april 1940, nr. 19 voor een tweede termijn herbenoemd met ingang van 15 mei 1940.
    Schwartzenberg tekent op 22 oktober 1940 een verklaring van niet-Jood zijn.
    Zijn jaarwedde bedraagt 1 april 1943 f. 5000,00.
    Terzijde gezet als burgemeester van Gaasterland op 17 april 1945.
    Op 1 april 1946 opnieuw in functie getreden als burgemeester van Gaasterland.
    Herbenoemd op 15 mei 1946 voor 6 jaar.
    Solliciteerde bij een gemeente in Twente als burgemeester. De gemeentenaam en de sollicitatieperiode zijn niet bekend.
    Herbenoemd bij KB 12 april 1952 nr. 3 voor 6 jaar.
    Herbenoemd bij KB 21 april 1958 nr. 5 voor 6 jaar.
    Op Koninginnedag 1960 Koninklijk onderscheiden als Ridder in de Orde van Oranje-Nassau.
    Herbenoemd bij KB 6 april 1964 nr. 17 tot 1 november 1964.
    Functie neergelegd: 31 oktober 1964 wegens het bereiken van de pensioengerechtigde leeftijd. De heer Hector Livius Sixma Baron van  Heemstra wordt zijn opvolger.

Ondanks het feit dat Schwartzenberg een paar maal per week naar de Gaasterlandse bossen fietste om te zien hoe het daar ging, verlaten de ,,boswachter met de pijp” en zijn echtgenote de gemeente Gaasterland. Zij vertrekken naar Oosterbeek bij Arnhem alwaar mevrouw Schwartzenberg vandaan kwam. Zij hebben daar nog goede jaren doorgebracht.

Op 17 december 1969 besluit de raad van de gemeente Gaasterland de straatnaam Schwartzenbergstrjitte in Balk in te voeren als eerbetoon aan deze burgemeester.

Schwartzenberg in zijn werkkamer van het gemeentehuis in Balk. Foto omstreeks 1953.

HET BEGIN VAN HET BURGEMEESTERAMBT IN NIEUW en ST. JOOSLAND

G.W.C.D. baron thoe Schwartzenberg en Hohenlansberg uit Middelburg werd bij Koninklijk Besluit van 27 september 1928, nr. 35 als 28-jarige jongeman benoemd tot burgemeester van de Zeeuwse gemeente Nieuw en St. Joosland. De gemeente bestond uit 1000 inwoners en zij vonden hun bestaan hoofdzakelijk in landbouw, tuinbouw, veeteelt en wat daarmee samenhangt.

Op vrijdag 12 oktober 1928 vond de installatie plaats in een voor deze gelegenheid versierde raadszaal. Het gemeentehuis was propvol met toehoorders bestaande uit de raadsleden; familieleden van de burgemeester, zijn ouders, de ingezetenen en collega’s uit andere gemeenten. Schwartzenberg werd geïnstalleerd als opvolger van de overleden burgemeester J. Polderdijk. Deze had de gemeente 10 jaar vol ijver gediend. Gesproken werd over het grote verschil in de omstandigheden tussen de installatie van Schwartzenberg en zijn voorganger. De heer Polderdijk was reeds bij zijn benoeming op ver gevorderde leeftijd en hij was als geboren Nieuwlander met de inwoners en hun belangen ten volle vertrouwd. Schwartzenberg was jong en met de gemeente Nieuw en St Joosland en zijn inwoners onbekend. In zijn installatierede gaf Schwartzenberg aan dat het zijn ambitie geweest is om in een Zeeuwse gemeente het burgemeestersambt te mogen bekleden. Reden daarvan was dat hij reeds vele jaren in deze provincie woonde en het karakter en de eigenaardigheden der Zeeuwen hem daarom vertrouwd waren. Hij stond daarom niet vreemd tegenover toestanden en gebruiken der bevolking. Hij sprak verder uit dat hij zonder overdrijving meende te kunnen zeggen dat hij hierdoor in staat zou zijn de gemeentelijke belangen geheel ter harte te kunnen nemen en als een goed burgemeester met de inwoners mee te leven. Schwartzenberg bedankte de sprekers voor de hartelijke woorden en daarmee ging zijn burgemeesterscarrière van start gegaan.

AFSCHEID VAN DE GEMEENTE NIEUW- EN ST. JOOSLAND.

 In de spoedeisende openbare raadsvergadering van 11 mei 1934 neemt Schwartzenberg afscheid - in aanwezigheid van een groot aantal personen - als burgemeester wegens zijn burgemeestersbenoeming in Gaasterland.

De vergadering is haastig gepland omdat Schwartzenberg reeds op 15 mei 1934 beëdigd moet worden in Gaasterland. In zijn toespraak memoreert Schwartzenberg dat het verblijf deze jaren hier aangenaam is geweest ondanks dat er zich meermalen meningsverschillen hebben voorgedaan. Gelukkig waren de oplossingen voor de gerezen geschillen steeds op  vreedzame wijze gevonden.
,,Wanneer ik in mijn nieuwe gemeente Gaasterland zal zijn, zal ik uw gemeente niet vergeten, integendeel, het zal een schone periode in mijn leven zijn. Velen en veel waaraan ik mij in de loop der tijd heb gehecht, zal ik wel moeten loslaten en ongetwijfeld zal ik Nieuwland moeten missen. Men zit nu eenmaal niet midden in een werk en een gemeente zonder er mee te vergroeien. Ik voel nu reeds dat mij los te maken van alles hier, mij meer zal kosten dan ik wel had vermoed. Hoe dankbaar ik ben dat ik geroepen ben geworden een schone en grotere gemeente te mogen dienen, kan ik niet ontkomen, want een gevoel van weemoed van alle vrienden en het vele goeds dat ik hier achter laat. In welvarende tijden ben ik hier in uw midden gekomen, helaas is dit veranderd, gelijk overal in ons Vaderland. De druk der slechte tijden weegt ook hier zwaar. Dat hierin spoedig verandering moge komen voor deze gemeente en de voorspoed wederkeert is mijn oprechte wens. Deze wens moet kunnen uitkomen want Nieuwland is van nature niet noodlijdend. Moge ik eindigen met nogmaals hartelijk dank aan allen uit te spreken en de beste wensen voor de opleving en de bloei van deze goede gemeente en U en allen in deze wens betrekken”.

Samenvatting van de toespraken:

Wethouder de Gaffau: Het was voor ons een onverwachte tijding. U was met verlof en nu is dit nog vreemder nu alles zo vlug plaats heeft. Wij hadden in het College van B en W niet altijd dezelfde mening bij principiële of financiële zaken. Gode dank dat dit onze innerlijke vriendschap niet heeft verbroken. Wij blijven dankbaar herinneren wat u voor de verenigingen geweest bent en wat u hebt gedaan voor de minder bedeelden.

Wethouder Polderdijk: Wij danken u voor een zuinig beheer. U hebt zich als voorzitter een goede leider betoond door een kalm en bezadigd optreden. De jeugd is u dankbaar voor de vergunning voor openbare vermakelijkheden en ook het muziekgezelschap is u dankbaar.

De gemeentesecretaris: Wij hebben altijd prettig samengewerkt en de verstandhouding was steeds zeer aangenaam. Toen u zo vriendelijk was mij mede te delen dat u solliciteerde naar Gaasterland, heb ik u te kennen gegeven dat ik geen andere burgemeester verlangde. In uw gemeente Gaasterland zal wellicht meer werk voor u te doen zijn dan hier, doch u is nog jong en van goeden wille zodat dit wel geen bezwaar zal zijn.

Raadslid Verlare sprak ook namens de andere raadsleden en constateerde dat de burgemeester een goede burgemeester was geweest. Aanvankelijk zonder vrouw hebt u er goed aan gedaan een vrouw te nemen. Zij is, hoewel van adel, minzaam geweest in de omgang waardoor zij zich ook bemind heeft gemaakt. U hebt bewezen het wettig gezag te willen steunen o.m. door uw lidmaatschap van de B.Vr.L. en de Oranjevereniging.

De heer Poppe: Hij brengt de burgemeester extra hulde voor het werk inzake de motorbrandspuit.

Tenslotte bedankt Schwartzenberg alle sprekers en zegt alles over te brengen aan zijn echtgenote die helaas deze bijeenkomst wegens ziekte niet kon bijwonen.

In de Leeuwarder Courant is een woord van welkom gewijd aan de nieuwe burgemeester. Hierin staan enkele wetenswaardige familiedetails omtrent de familie Thoe Schwartzenberg en Hohenlansberg.

De nieuwe burgemeester in Gaasterland, de Hoogwelgeboren heer G.W.C.D. Baron Thoe Schwartzenberg en Hohenlansberg is in het jaar 1899 te Paramaribo (Curacao) geboren, waar zijn vader President van de Rechterlijke Macht was. Later was deze President van het Gerechtshof te Middelburg en liet zijn zoon G.W.C.D. Baron Thoe Schwartzenberg en Hohenlansberg opleiden tot Rijksbetaalmeester. Waar deze door bezuinigingsmaatregelen door de Regeering werd opgeheven, werd de benoemde burgemeester opgeleid in de gemeente-administratie.

Op meerdere plaatsen wordt hij volontair (onbezoldigd medewerker) ter gemeentesecretarie, waarna hij in de gemeente Nieuw- en St. Joosland (een gemeente van plm. 1000 zielen) tot burgemeester werd benoemd.

De familie Thoe Schwartzenberg is oorspronkelijk afkomstig uit het Duitse Frankenland (Noord-Beieren) uit de buurt van Würzburg. De familie Van Swinderen is van ouds verwant aan deze familie Thoe Schwartzenberg en Hohenlansberg. Mr. Wicher van Swinderen, geboren op 24 maart 1802 in Groningen, vestigde zich in het begin van de 19e eeuw in Gaasterland op de huize Lycklemabosch bij Kippenburg onder Nijemirdum. Hij huwde met Christina Helena Geertruida barones Thoe Schwartzenberg en Hohenlansberg, geboren op 21 februari 1802 in Hichtum. Haar ouders woonden op de Wybranda-state te Hichtum.

Trouwens de naam thoe Schwartzenberg heeft voor Gaasterland een bekende klank, alvorens de Van Swinderen’s zich hier vestigden, waren hier de Thoe Schwartzenberg’s te Gaasterland, vermoedelijk op den huize ,,Rijs”. De Rijstervaart loopende vanaf Rijs naar de Luts en de z.g. Woudsbrug en verder naar de Fluessen, werd op initiatief van de Thoe Schwartzenberg’s gegraven en staat op oude kaarten nog altijd aangegeven als de Van Schwartzenberg,  Schwarzenbergervaart of Schwartzenbergsloot. Deze nieuwe waterweg gaf een verbinding van het landgoed te Rijs.

In 1645 huwde Johan Onuphirus thoe Schwartzenberg en Hohenlansberg met Maria von Grumbach, wier moeder was Luts van Martena. Het echtpaar vestigde zich dat jaar in Friesland op Martenastate te Beetgum. Van hunne nakomelingen waren o.a. Grietman van verschillende gemeenten in Friesland, ook Gaasterland. De grootvader van den nieuwe burgemeester Ulbo thoe Schwartzenberg, werd in 1824 te Leeuwarden geboren.

Reeds drie eeuwen zijn derhalve de Schwartzenbergs in Friesland gevestigd geweest en wij hopen dat ook de nieuwe burgemeester zich in deze gemeente zal thuisvoelen en hier tot rijken zegen van Gaasterland en Gaasterland’s bevolking werkzaam zal zijn

De tijden, waarin onze nieuwe Burgemeester zijn ambt aanvaardt, zijn moeilijk. De voortdurende crisismaatregelen en de vele Regeeringsbemoeiingen in dezen, maken het beheeren van een gemeente niet gemakkelijk. Moge het dan aan deze telg van een ouden adellijke stam gegeven zijn de moeilijkheden te overwinnen, opdat straks als hij hier zich hier heeft ingeburgerd de gemeentenaren tot hem zullen opzien als een burgerv a d e r, zoals zij ook eens deden tot hen, die evenals hij, uit een adellijk geslacht voortsproten en wiens namen nog in Gaasterland met eere worden genoemd!

God zegene zijn arbeid!

BEGROETING EN INSTALLATIE VAN GAASTERLAND’S NIEUWE BURGEMEESTER OP DINSDAG 15 MEI 1934.

’n Koude Meidag……

De noordwestenwind blaast uit volle macht door het groenende loover der boomen, doch het stevige jonge blad verzet zich en de noordwester vermag nu niet anders dan de driekleur, die heden vele gebouwen in Gaasterland siert, vroolijk voluit te doen wapperen…. Tegen den middag geeft het Meizonnetje lentevreugd aan de pralende natuur en …. de feestelijke stemming, die heden heerscht in de harten van vele hoopvolle Gaasterlanders wordt er door verheugd… Tegen 1 uur ’s middags is het in B a k h u i z e n al druk. Leden van het muziekcorps ,,Euphonia” loopen met hun instrumenten af en aan en een talrijke schare volgt het corps met enkele autoriteiten naar den grens der gemeente. Een 10-tal luxe auto’s voert het comité van ontvangst aan, de wethouders, de leden van de raad, de gemeente-secretaris enz. Als allen zijn gearriveerd en ’t muziekcorps is opgesteld nadert uit de richting Hemelum een auto…. En de lang-verbeide, de nieuwe burgemeester de HoogWelgeboren heer G.W.C.D. Baron thoe Schwartzenberg en Hohenlansberg betreedt (vergezeld van zijn echtgenoot en een aantal familieleden) het grondgebied, waarover hij het hem van Boven gestelde gezag, is opgelegd…… Het muziekcorps zet het aloude ,,Wilhelmus” in, waarna de heer A. KEUNING, wethouder der gemeente en sedert geruimen tijd loco-burgemeester, de nieuw benoemde burgervader met een kort woord verwelkomd…

De jongedames Theodora Mous en Stientje Sikkes bieden Mevrouw een bouquet aan, waarna allen wederom in de wachtende auto’s instijgen….

Er wordt gereden over het ongeëvenaarde Bakhuisterhoog met zijn schitterende panorama’s; men passeert Hotel Jans en het Slot ,,Rijs” waar de driekleur met de oranjewimpel uithangt, om daarna langs berg en dal Oudemirdum binnen te rijden. Aan den ingang van het dorp is een zeer fraaie eerepoort opgericht, terwijl bovendien een groot aantal schoolkinderen staan opgesteld die den burgemeester en de zijnen het Friesch Volkslied toezingen.

Namens de ingezetenen van Oudemirdum spreekt de heer N. Bijlsma een kort en goed gemeend welkomstwoord, terwijl hier de jongedames Aafje Groenhof en Tietje de Vries bloemen aanbieden waarna allen weer instijgen en de intocht van den burgemeester wordt voortgezet… Over de Boegen en de straatweg langs de Sminkevaart en de lustwaranda van Gaasterland, de gemeentebosschen, rijdt men voorbij het schoone Kippenburg naar Balk.

DE INSTALLATIE

De V o o r z. verzoekt hierna de heeren Betzema, Rampion en den gemeente-secretaris de nieuwe burgemeester de raadszaal binnen te leiden. Aan dit verzoek wordt voldaan en als de heer Burgemeester door deze commissie is binnengeleid spreekt de heer KEUNING de burgemeester als volgt toe:

Hoogwelgeboren heer G.W.C.D. baron thoe Schwartzenberg en Hohenlansberg! Zooeven is ons uit een officieel schrijven voorgelezen, dat Hare Majesteit, onze geliefde Koningin, u heeft benoemd tot burgemeester van Gaasterland met ingang van heden 15 Mei. Laat mij beginnen u met deze benoeming van harte geluk te wenschen en er tevens den wensch bij uitspreken dat u voor Gaasterland een goed burgemeester zult zijn. Deze benoeming was voor mij een groote verrassing en voor velen met mij. Niemand kende u hier.

Er werd dan ook al spoedig gevraagd: van welke politieke richting zou hij zijn? Op deze vraag wisten de nieuwsbladen al spoedig een antwoord te geven: de burgemeester van Gaasterland is lid van de Christelijk-Historische partij. Burgemeester, ik wil hier onomwonden verklaren, dat deze mededeling mij zeer dankbaar stemde. Ik zie in deze benoeming dan ook geen partijbenoeming, neen, integendeel: hij is geheel in overeenstemming met de politieke en kerkelijke richting van de Gaasterlandsche bevolking. Mijnheer de burgemeester, ik wil in u dan ook niet zien een burgemeester van een politieke partij, neen, maar een burgemeester voor geheel Gaasterland. Wat wij gaarne van u vragen is d i t: ga als burgemeester boven alle politieke partijen uit en behandel de gemeentebelangen naar recht en gerechtigheid, zonder aanzien des persoon of richting.

Ik meen, dat wij dit van u ook mogen verwachten. U heeft gisteren in handen van den heer Commissaris der Koningin van ons gewest, onder aanroeping van Gods Heiligen Naam, den ambtseed afgelegd, trouw zwerende aan den grondwet en het wettig gezag, tevens belovende de belangen van de gemeente Gaasterland te behartigen zooveel als in uw vermogen is. Ik meen te mogen gelooven, dat deze beloften, door u afgelegd, geen ijdele klanken zullen zijn geweest, doch volkomen ernst. Mijnheer de burgemeester, u aanvaardt uw ambt in onze gemeente onder moeilijke omstandigheden. Het zal u zeker bekend zijn, dat onze gemeente noodlijdend is. De begrooting kan zonder hulp van de regeering niet sluitend gemaakt worden. Dit sluit al in, dat de belastingen het hoogtepunt hebben bereikt. De werkloosheid is groot in onze gemeente en bronnen van inkomsten drogen hoe langer hoe meer uit. Industrie bestaat hier niet en het veehoudersbedrijf, waaruit onze gemeente in hoofdzaak bestaat, moet al door de regeering worden gesteund.

Mijnheer de burgemeester, ik breng deze dingen niet naar voren om u te ontmoedigen, neen, doch deze dingen zullen u veel zorg en werk geven. Men zegt wel eens: moeilijkheden zijn er om te overwinnen. Ik wensch u dan ook van harte de noodige kracht en wijsheid toe, dat het u moge gelukken, met Gods hulp, nieuwe perspectieven te vinden, waardoor onze gemeentefinanciën weer in evenwicht komen. Burgemeester, ik geeft u de verzekering, dat u op ons wethouders kunt rekenen en ik durf gerust zeggen, heel de raad staat in dezen aan uwe zijde, want de gemeentebelangen zijn ons aller belangen.

Burgemeester, ik hoop dat wij in u mogen krijgen een krachtig en onpartijdig leider in heel het gemeentelijk leven. Mevrouw, deze dag is voor ons, maar ook voor u in ’t bizonder, een feestdag. Wij willen u van harte gelukwenschen en bidden u Gods besten zegen toe.

Na beëindiging dezer woorden legt de heer Keuning den heer Burgemeester het ambtsketen om den hals en verklaart hiermede Z.Ed.Achtbare als geïnstalleerd.

 REDE BURGEMEESTER
De heer Burgemeester hierna het woord verkrijgende, spreekt als volgt:

Freule van Swinderen, heeren Wethouders en Raadsleden, dames en heeren. Wanneer ik voor de eerste maal als voorzitter van Uwen raad het woord tot U richt, is het mij eene behoefte allereerst mijn dank uit te spreken aan Hare Majesteit onze geëerbiedigde Koningin, dat het heeft behaagd mij het ambt van burgemeester van Gaasterland op te dragen aan Zijne Excellentie den Minister van Binnenlandsche Zaken voor zijn voordracht en den heer Commissaris der Koningin in dit gewest voor zijne aanbeveling.

Ik wil hierbij tevens niet nalaten mijn geachte voorganger, den heer Hermannus Gaaikema, wiens plaats ik nu inneem, met eenige woorden te gedenken. Persoonlijk heb ik niet meer het genoegen gehad de heer Gaaikema te ontmoeten, want tot mijn spijt was hij, bij mijn eerste bezoek aan de gemeente, reeds vertrokken. Het is mij echter bekend, dat de heer Gaaikema zeer werd gerespecteerd. In zijn zeer lange ambtsperiode van ruim 30 jaar heeft de heer Gaaikema zeer veel in het belang van de gemeente tot stand gebracht. Met zijn groote ijver en werkkracht heeft hij zich geheel aan de gemeente gegeven.

Om slechts een der belangrijkste objecten te memoreeren, die de heer Gaaikema tot eer strekken ter hand te hebben genomen: de herbebossching der gemeente, nadat helaas zeer veel schoon hout was gevallen, is een werk geweest, dat wel bijzonder sprekend is voor zijn oog voor de toekomst en ontwikkelingsmogelijkheden, met name het vreemdelingenverkeer dezer gemeente. Ik zal het mij dan ook tot een eer rekenen in verschillende opzichten voort te gaan op den door de her Gaaikema ingeslagen weg. Den heer Gaaikema zelf wensch ik toe, dat zijn gezondheid spoedig geheel moge beteren en hij vele goede jaren in zijne nieuwe woonplaats moge doorbrengen.

Mijnheer de wethouder Keuning. U hebt zoo juist eenige woorden tot mij willen spreken, die mij zeer hebben getroffen en waarvoor ik U dank zeg. Ik kan U verzekeren dat het mij een zeer groote voldoening is geweest in de gemeente Gaasterland te worden benoemd. Steeds heb ik van Gaasterland goeds gehoord en deze indruk werd de laatste dagen zeer versterkt, zowel door hetgeen ik zelf hier zag en hoorde en door getuigenis van anderen, die Friesland kennen. Bovendien heb ik steeds een groote belangstelling voor Friesland gehad; een interesse die toenam naarmate de bekendheid met Friesland grooter werd en ik mij meer verdiepte in de eigen familiegeschiedenis.

En het heeft mij genoegen gedaan dat het in Friesland niet vergeten is, dat mijn geslacht verscheidene eeuwen hier gevestigd is geweest en onderscheidene offcieele ambten bekleedde, welke traditie thans weder wordt hervat. Friesland is daarom voor mij geen onbekend gewest in tegendeel gevoel ik mij aan land en volk verbonden.

Zonder overdrijving meen ik dan ook te kunnen zeggen, dat ik hierdoor in staat zal zijn mij snel in te leven in de gemeente Gaasterland en als een goed burgemeester hare belangen geheel ter harte te nemen. Dat deze gevoelens van sympathie wederkeerig zullen zijn daarvan schenken mij de vriendelijke ontvangst, die mij en de mijnen is bereid en de vele bewijzen van belangstelling, die ik reeds mocht ontvangen de stellige verwachting.

Mijnheer de wethouder, de toestand der gemeente op het oogenblik van mijn komst is hier, is verre van rooskleurig. U hebt mij bij ons eerste onderhoud daarover het een en andere meegedeeld. Ik ben er mij bewust van, dat mij een zware taak wacht. Ook zonder de buitengewone crisisomstandigheden zou het besturen van een zoo belangrijke gemeente niet zonder zorgen kunnen geschieden. Thans bij de zwaar drukkende werkloosheid en de hooge belastingen, welke bijzondere inmenging der Regeering noodzakelijk maken, is mij Uw steun en die van Uw collega, den heer de vries, geheel onmisbaar. Uw beider voorlichting omtrent plaatselijke toestanden zal mij zelfs onontbeerlijk zijn, niet het minst in den aanvang om mij in de gesteldheid van deze gemeente te oriënteeren. Welke de probleemen zijn, die, behalve de zoo even genoemde, dienen te worden opgelost, weet ik thans nog niet. Ik roep uwe medewerking in om al hetgeen gedaan zal moeten worde in goede harmonie en met het oog gevestigd op het belang der gemeente, tot stand te brengen. Ook van de andere heeren raadsleden hoop ik alle steun en medewerking te ondervinden, die noodig zijn voor een vruchtbare beraadslaging en ik hoop van harte dat nimmer de rust in deze zaal moge worden verstoord door tooneelen als helaas wel voorkomen in ons vaderland. Van mijn kant zeg ik U toe, onpartijdig en naar beste weten Uwen Raad te leiden en Uwe besluiten uit te voeren. Een zeer nauw contact zal er mijnheer de Secretaris tusschen ons bestaan. Dagelijks zullen door ons de gemeentezaken worden besproken. Betreffende de besprekingen met den raad en de vergaderingen van B en W. in hoofdzaak beleidsquestie’s, de voorbereiding en de techniek der administratie, zal ons gemeenschappelijk werk zijn.  Uw groote ervaring te dezer zake, in de lange reeks van jaren verworven, is er mij borg voor , dat, ondanks de steeds wassende stroom van wetten en voorschriften, door den eisch des tijds gevorderd, onoverkomenlijke moeilijkheden niet zullen voorkomen, Want dient er waarlijk niet licht over te denken in de tegenwoordigen tijd aan het hoofd ener secretarie te staan en alle nieuwe bepalingen te verwerken en behoorlijk in toepassing te brengen. Mijnheer de secretaris, Uwe dienstvaardigheid en uwe vriendelijke ontvangst mijne vrouw en mij bereid, geven mij goede hoop dat onze verhouding van den aangenaamsten aard zal zijn. Van den heer gemeenteontvanger en de ambtenaren ter secretarie hoop ik dezelfde toewijding voor hun werk te zullen zien.

Met de politie, die in een geheel eigen relatie tot den burgemeester staat, verwacht ik eveneens in goede verstandhouding dit deel van de mij opgedragen taak te vervullen, terwijl ik van ieder der overige ambtenaren en van hen, die bij den gemeentedienst betrokken zijn, verwacht, dat ieder met ijver en plichtsbetrachting zijn krachten wijdt aan de belangen, die hem zijn toevertrouwd. Mijne heeren, ik doe een beroep op uw aller medewerking en ik wil eindigen met de bede, dat Gods onmisbare zegen op ons aller werk moge rusten.

Oud-burgemeester Gaaikema werd op 8 maart 1866 in Grijpskerk geboren en overleed 4 juli 1942 te Zeist. Hij werd op 8 juli 1942 in Velsen gecremeerd.
Na zijn gymnasiumtijd werd hij in november 1885 volontair ter  gemeentesecretarie van Grootegast en op 1 juli 1889 te Losser. Daarna werd hij burgemeester van de gemeente Noordbroek op 17 juni 1893; burgemeester en secretaris van Aduard op 15 oktober 1897 en tenslotte van 1 augustus 1902 tot 1 mei 1934 burgemeester van Gaasterland.
In 1926 werd hij geridderd in de orde van Oranje- Nassau. In de dagbladen werd geschreven dat burgemeester Gaaikema een krachtige persoonlijkheid was die veel voor Gaasterland heeft gedaan. In het bijzonder heeft hij zich ingespannen voor het behoud van natuurschoon in Gaasterland. De dankbare ingezetenen hebben de heer Gaaikema ter gelegenheid van zijn 25 jarig jubileum als burgemeester van Gaasterland de Gaaikema-bank aangeboden, geplaatst in het Jolderenbos te Oudemirdum.

 

 

Toespraak wethouder De Vries
Na deze woorden, spreekt wethouder De Vries ongeveer het volgende:

Wat de oudste wethouder heeft gezegd zou ik hem kunnen nazeggen. Er zijn tijden in het leven van droefheid en van vreugde. Een heele poos hebben wij onze vergaderingen moeten houden zonder burgemeester. Men houdt dan wel de vergadering, maar ze is niet volledig. Toen we dan ook uwe benoeming door de radio beluisterden, werden wij verblijd. Uw naam hadden wij echter nooit gehoord. Het was dan inderdaad een verrassing. In ons leefde maar eene gedachte en die was deze: er zal toch een burgemeester van rechts komen. De geheele Raad is met uwe benoeming verblijd. En komen wel een principiële kwestie’s aan de orde en dan weten wij wat wij aan U hebben.

Spreker hoopt dat, dat men vele jaren in gezondheid en met plezier mag samenwerken.

 

 

Toespraak raadslid Rampion
Namens de K.V.P.-raadsfractie zegt de heer A. Rampion het volgende:

Hooggeachte Heer.

Is de komst van een nieuwen burgemeester voor iedere gemeente steeds eene belangrijke gebeurtenis, voor Gaasterland is zij dat nog in het bijzonder. Alleen al om het feit, dat het hier zelden noodig is. Toen dan ook Uwen eminente voorganger, burgemeester Gaaikema, na 32 jaren op zeer verdienstelijke wijze deze gemeente te hebben bestuurd, door voortdurende ongesteldheid zich genoodzaakt zag ontslag aan te vragen, ontstond er al direct belangstelling voor de vraag: Wie of H.M. de Koningin als zijn opvolger zou aanwijzen. Eene belangstelling, die toenam naar de mate dat de dag voor ontslag naderde. Inmiddels werden reeds verschillende namen genoemd van hen, die men meende, dat min of meer goede kansen zouden maken.

Wellicht hier en daar pogingen aangewend om zijn candidaat-favoriet een duwtje mee te geven. Zoo hebben wij enige weken in spanning geleefd. ’s Avonds werd naar de dagbladen gegrepen en naar de radio-persberichten geluisterd, doch de benoeming liet op zich wachten. Tot op den avond van den 4 Mei door de radio. Uwe benoeming werd gemeld. Die was eene verrassing die niemand van onzer had verwacht en ook ons allen eenigszins teleurstelde. Het bleek dat wij allen op het verkeerde paard hadden gewed. Iemand uit Zeeland met een heel langen en moeielijk uit te spreken naam, dat was zoo ongeveer de eerste indruk die uwe benoeming maakte. Tenslotte nemen wij aan, dat het zoo maar het beste is. Daardoor is niet een bepaalde groep bevoorrecht, noch een andere al te zeer teleurgesteld. U staat in alle geval als vreemd en vrij tegenover ons.

En, mijnheer burgemeester, ook al komt U dan ook uit een beetje ver van huis en klinkt Uw naam ietwat uitheemsch, toch is voor hen, die eenigszins thuis zijn in Frieschland historie van de laatste eeuwen, Uwe familie niet onbekend en heeft de naam thoe Schwartzenberg en Hohenlansberg geen onbekende klank. Het Groot Placcaat of Charterboek, een standaardwerk van groote historische waarde, in het laatst der 18e eeuw door het provinciaal bestuur uitgegeven en in het archief van de meeste gemeenten in Friesland wel aanwezig, is samengesteld door een toenmalige Gedeputeerde van dien naam. In het midden der vorige eeuw hadden minstens 3 gemeenten, n.l. Menaldumadeel, Doniawerstal en Haskerland een burgemeester een burgemeester met dien naam, terwijl verschillende hooge Landsch- en Provinciale ambten door die familie waren bezet. Meerdere plaatsen in Friesland hebben nog hun Schwartzenberger slot. Ook hier in Gaasterland is zij niet onbekend.

Het Slot Rijs, zoo innig met de geschiedenis van Gaasterland saamgeweven, heeft de familie Schwartzenberg onder hare vroegere eigenaar en bewoners gehad. De Schwartzenbergervaart, een der weinige kanalen, die Gaasterland bevat, is hieraan nog eene blijvende herinnering. Wij mogen U dus begroeten als een wat ver afgedwaalde tak van eene familie die weer dichter bij het voorvaderlijk huis terugkeert.

Mijnheer de burgemeester, wat wij als burgemeester en voorzitter van de Raad aan U zullen hebben bij het besturen van deze gemeente, ligt nog in de toekomst verborgen. Onze kennismaking is nog te vluchtig om daarop nu reeds een antwoord te geven. Wat wij daaromtrent bij geruchte vernamen luidde gunstig en doet ons in goede hoop en vertrouwen de toekomst tegemoet zien. Wij mogen echter niet uit het oog verliezen, dat uw taak hier aanmerkelijk zwaarder en omvangrijker zal zijn dan in uwen vorige gemeente. In vele opzichten wellicht ook van geheel anderen aard. Bovendien Zeeland en Friesland liggen ver uiteen en de volksaard wellicht ook. Men spreekt van de ronde Zeeuw en de vrije Fries en bedoelt daarmee karaktereigenschappen aan te merken, die als nationale deugden worden beschouwd maar die juist door die eigenschappen wel eens moeilijkheden in omgang met andere volksaarden veroorzaken en daardoor eenige schaduw afwerpen, hetgeen men door de fouten van die deugden geliefd te noemen.

Mijnheer de burgemeester, ik zeg dat niet om U te verontrusten, want uw voorganger was een Groninger, ook geen gemakkelijk volk om mee om te gaan. En toch heerste hier, behoudens een enkele uitzondering van meer persoonlijken aard, de beste harmonie. Tot excessen is het nimmer gekomen. In belangrijke zaken behoorde het tot de hoogste uitzonderingen indien een voorstel van B. en W. niet werd aangenomen. Het hangt vooral af van een goed beleid. Gaasterland, ofschoon overwegend rechts, heeft zooals U bekend zal zijn, eene gemengde bevolking, zoowel wat hare religieuze als politieke stelling betreft. Ook de Raad is hierom een vrij getrouwe afbeelding, al is een partij n.l. de S.D.A.P. daarin niet vertegenwoordigd. Dit gaf somstijds aanleiding tot nog al eens scherpe meeningsverschillen, maar heeft nog nimmer de onderlinge goede verstandhouding verstoord. Wij hopen, dat het onder Uwe leiding ook in de toekomst zoo mag blijven. Als burgemeester komt U natuurlijk buiten den Raad nog op allerlei wijze en op veel breederen grondslag met de bevolking in aanraking.

Er is veel wijsheid, zelfstandigheid, onpartijdigheid en tact noodig om het ambt zoodanig uit te oefenen, dat het de algemeene hoogachting en waardering der ingezetenen kan wegdragen. Mijnheer de burgemeester, wij hopen, dat U die eigenschappen in hoogen mate moogt bezitten en weet toe te passen tot heil onze gemeente en tot Uw eigen voldoening. Het spijt ons ten zeerste, dat U het bestuur moet aanvaarden terwijl de gemeente gesaneerd is. Wat dit in de praktijk beteekent, zal U spoedig genoeg ervaren. Het werkt fnuikend op alle initiatief, dat in het belang der gemeente zou kunnen worden genomen. Laat mij er alleen van zeggen, dat het gemeentebestuur hierin geen verwijt treft; het is geen gevolg van nonchalant of kwistig beheer. Gaasterland is steeds zuinig geweest, maar zij is nu crisisslachtoffer geworden buiten haar schuld. De omstandigheden zijn haar te machtig geworden.

Wij hopen, dat er weer eens betere tijden zullen aanbreken: een betere verdeeling van de crisislasten tusschen Rijk en Gemeente. En dat het ons moge gelukken onder Uw bestuur wederom onze onafhankelijkheid en zelfstandigheid terug te bekomen is onze innige wensch, waarbij U op onze volle medewerking kunt rekenen.  Hooggeachte heer Burgemeester en mevrouw. U heeft vandaag Uw intrede in Gaasterland gedaan onder bijzonder gunstige omstandigheden; in de schoonste maand des jaars, de Meimaand, terwijl Gaasterland, zoo rijk aan natuurschoon, in volle pracht staat, als het ware in bruidstooi. De hartelijke verwelkoming der bevolking heeft Uw intocht alhier inderdaad tot een blijde ,,incomste” gemaakt.

Dit heeft U onwillekeurig doen innemen voor Uwen nieuwe woonplaats. Moge het een symbool zijn voor Uw verder verblijf alhier. Dat deze indrukken U steeds mogen bijblijven: dat U er in zult slagen de hoogachting en de liefde der bevolking te verwerven. Dat God U een lang leven, krachtig en gezond mag schenken en U burgemeester van Gaasterland mag blijven vele jaren, opdat U ook in dat opzicht de traditie in Gaasterland getrouw blijft om maar 3 maal in een eeuw van burgemeester te wisselen. Met deze wensch wil ik eindigen.

Hooggeachte burgemeester en mevrouw, ik heet U van harte welkom, in Gaasterland.

 

 

 

Toespraak raadslid Wybren Visser

Edelachtbare heer burgemeester.

Het is ons aangenaam U bij deze gelegenheid, nu gij alhier als burgemeester Uwe intrede doet, van de plaats in de vergaderzaal van het bestuur dezer gemeente, een hartelijk ,,WELKOM” toe te roepen. Dat ik mij hierbij in het meervoud uitdruk is omdat de C.H. Raadsleden mij als hun tolk hebben aangewezen.

Het verheugt ons dat U door onze Koningin als burgemeester van Gaasterland is benoemd en alzoo met het hoogste gezag te dezer plaatse heeft bekleed; een gezag, hetwelk zijn diepste oorzaak en grondslag heeft in de ordeningen Gods met de volkeren der aarde. Het verheugt ons ook, dat U de benoeming als burgemeester naar deze gemeente hebt willen aanvaarden. Daar behoort moed en kracht toe. Niet weinig zijn de moeilijkheden aan uw ambt verbonden, inzonderheid onder tijdsomstandigheden als waarin wij thans verkeeren.

Ook Gaasterland lijdt daaronder niet weinig. Het evenwicht tusschen inkomsten en uitgaven is verbroken, ondanks het zuinig beleid van Uwen ambtsvoorganger, met al de daaraan verbonden funeste gevolgen. Groote werkloosheid drukt de arbeidersbevolking dezer gemeente, met zoowel moreele als stoffelijk jammer als gevolg. Deze en nog zooveel probleemen roepen om voorziening en oplossing.

God de Almachtige zelf bekrachtige U en lichte U voor door zijn woord en Geest en zegene U en Uwen echtgenoote en gezin en stelle U tot een zegen voor Gaasterland. Het zij U gegeven deze gemeente met vaste hand te besturen en door alle moeilijkheden, waarin wij verkeeren, te leiden tot een betere toekomst, waarnaar wij samen verlangend en biddend uitzien.

 

 


Toespraak raadslid Halbe van der Goot
Na dezen staat de heer Halbe B. van der Goot op en spreekt namens de A.R.Raadsfractie aldus:

Mijnheer de Voorzitter, Hooggeachte Burgemeester.
Nu U door onze loco-burgemeester zijt geïnstalleerd tot burgemeester van Gaasterland, zoo is het mij een voorrecht een enkel woord tot U en Uwe echtgenoote te mogen richten. Ik spreek op dit ogenblik namens onze A.R.raadsfractie, maar tevens weet ik mij daarbij de tolk van de heel de A.R. burgerij. Welnu, mijnheer de burgemeester, wij roepen U bij Uwen intrede in Gaasterland van harte het welkom toe. Wij verblijden ons, dat de plaats die eerst door ziekte en later door eervol ontslag, ledig is geweest, thans weer bezet mag worden. We hopen en we verwachten, dat U een goed burgemeester voor Gaasterland moogt zijn en dat het zal blijken, dat u de rechte man op de rechte plaats zijt. Wij wenschen U toe, dat gij met Uwe echtgenoote te midden van dit volk U thuis zult gevoelen. Wij bidden U toe de hulpe van God Almachtig, dat Hij U sterke, steune en bekwame om Uw werk, dat bijna dagelijks moeilijker wordt, te volbrengen tot Zijn eer en tot welzijn van onze gemeente. We verwachten van U (daar we hooren, dat U politiek U schaart bij de Chr. Historische beginselen) dat U zich die beginselen niet zult schamen. Dat u, waar het noodig is, die beginselen ook positief zult belijden en beleven. Ik sprak zooeven van een moeilijke taak. En inderdaad zoo is het. Met de grootst mogelijke soberheid en bezuiniging is het ons dagelijks bestuur en de Raad niet moge gelukken een sluitende begrooting, laat staan een sluitende rekening te verkrijgen. Als gevolg daarvan zijn we op hulp van het Rijk aangewezen, en dat valt niet mee. Heel wat administratieve rompslomp en soms ook heel wat onaangename dingen zijn er het gevolg van. Ik zeg dat niet om daar onze Regeering een verwijt van te maken. Ik weet, het kan moeilijk anders.

Hoewel Gaasterland aldoor zuinig is beheerd, moeten we thans, nu we ons niet meer kunnen redden, ondervinden, dat het Rijk als toeziende voogd optreedt, wijl het gedrag van sommige gemeenteraden, die soms op onverantwoordelijke wijze met de publieke geldmiddelen handelen, daartoe noopten. Die leent, is des leenmans knecht. Zoo ook hier. t Gaat natuurlijk niet op aan gesaneerde gemeenten een blanco Rijkscrediet te verstrekken. De zorgelijke toestand, ook van onze Rijksfinantiën nopen de Regeering, hoe ongaarne ook, soms met vorsche hand in te grijpen. En nu wordt U in deze zorg- en kommervolle tijd, burgemeester van onze gemeente. Niet het minst zullen de moeiten door Uw schouders getorscht moeten worden. En wanneer U een man is, die met beide voeten staat op den bodem der werkelijkheid, gelijk wij van U verwachten, dat hebt U niet te veel aan te bieden en te beloven. Neen, dan zult U dikwijls moeten zeggen, hoe ongaarne ook: Neen! Het kan niet. U loopt dan gevaardoor sommigen als ondemocratisch of nog erger te worden versleten: doch laat U dat niet doen ontmoedigen, maar zoek naar Uw beste weten, met al Uwe gaven, de belangen van onze gemeente, opdat er straks van U gezegd zal worden, dat gij niet alleen burgemeester, maar ook in de ware zin des woords, burgervader van Gaasterland zijt geweest.

Wat ons aangaat kunt U op onze volle medewerking rekenen. Natuurlijk behouden wij ons het recht van critiek voor. Mij dunkt dat spreekt wel haast vanzelf. Maar dan wenschen wij, als het noodig mocht zijn, welwillende, opbouwende critiek te leveren. Wij wenschen de belangen der gemeente, gezien van uit ons beginsel, te dienen. En wij hopen, dat de goede verstandhouding en samenwerking, die er in den raad bestaat, tot op dit oogenblik, ook in het vervolg onder Uw bestuur moge gehandhaafd blijven. Want het spreekwoord is nog ten volle waarheid, dat zegt: eendracht maakt macht.

 

 

 


Toespraak raadslid freule van Swinderen
Hierna verkrijgt het raadslid Freule van Swinderen het woord en zegt dat het haar een aangename plicht is den nieuwen burgemeester vanaf deze plaats te verwelkomen

U ziet, aldus spreekster, Gaasterland thans op zijn schoonst, de temperatuur kon zachter zijn, maar het zonnetje schijnt. De raadsleden en de commissieleden zijn in hun mooiste pakjes gestoken, de muziek klinkt helder op, kortom uw indruk hier moet glorieus zijn. Men heeft wel eens gezegd dat de eerste indruk de beste is, welnu, mijnheer de burgemeester, het is een goede gedachte geweest U aldus te verwelkomen. Uw naam is niet een onbekende in deze streek en in dit gewest en hebben weliswaar velen onzer ingezetenen nog nimmer een voet gezet in Uwe woonstreek. U zult Friesland wel eens hebben bezocht en dus kennen. Wij hopen dat wij in U hebben gekregen een burgemeester met een vasten wil en alhoewel onze ingezetenen meest behooren tot een lageren stand als U, dat hopen wij dat zij, als ze U voor de een of andere aangelegenheid op uw spreekkamer zullen spreken en het doel hunner komst al of niet is beantwoord, zij toch een ,,goede morgen” hebben gehad want een vriendelijk woord en een vriendelijk knikje doet in Gaasterland meer dan een harde bejegening. Ik ben geboren en gesproten uit een burgemeestersfamilie en ik hoop dat U de stappen van mijn vader en voorvaderen moogt volgen, opdat als U hier eenige jaren zijt werkzaam geweest, men met evenveel liefde en eerbied over U mag spreken, als men voorheen over mijn vader deed.

Het is een speling van het lot, dat het heden op de 15e Mei, juist 32 jaar is geleden dat mijn vader stierf en men heeft hem hier nog nooit vergeten. Ook hoop ik dat men U als burgemeester zal beschouwen als burgervader, zooals mijn vader en voorvaderen en niet als ambtenaar, zooals Uwen voorganger meer was. Een gemoedelijk praatje, met een pijpje in den mond, neemt de ingezetenen voor U in… Ontegenzeggelijk is U in een moeitevolle tijd hier gekomen en de toestand der gemeente is inderdaad moeilijk. Doch men heeft wel eens gezegd dat de moeilijkheden er zijn om te overwinnen: welnu U is nog jong en wij twijfelen niet of U zult er U doorslaan. Ik hoop dan ook voor Gaasterlands bevolking dat U hier met zachte hand zult regeeren en dat U en Mevrouw in ieder huis welkom moge zijn.

 


Toespraak raadslid A. Noordwal
Als laatste der raadsleden krijgt thans het woord A.Noordwal, die de volgende toespraak houdt:

 

Hooggeachte Burgemeester, Mevrouw en familie. Ter gelegenheid Uwer installatie als burgemeester dezer gemeente was het voor mij een voorrecht U en mevrouw bij de grens der gemeente mede te begroeten en in mijn hoedanigheid als raadslid voel ik mij verplicht aan mijn felicitatie nog eenige woorden te voegen. Tot U als voorzitter van den raad. In deze Noordelijke en grootere gemeente zijn menschen en toestanden geheel vreemd en nieuw voor U. U zult ook reeds ten overvloede hebben vernomen, dat ook deze, voor het oog zo aanlokkelijke gemeente, gebukt gaat onder de last der financieele zorgen en lasten en dat maakt het voor U als leidende persoonlijkheid allesbehalve gemakkelijk. Het is daarom van zoo groot belang, dat de sfeer in de vergaderingen het samenwerken steeds mogelijk maakt; dat is in het belang van de gemeente. Ik hoop en vertrouw, hoewel U een verklaard partijman is, dat U als een goed voorzitter, op de meest onpartijdige wijze, zonder aanzien des persoons, de vergaderingen zult presideren.

Tot U als Burgemeester. Daar zit heel wat aan vast. Ik heb mij opgelegd heel kort te zijn. Uw persoonlijkheid, Uw werkkracht moet zich concentreren op het welzijn der gemeente, waaronder ik versta in meer uitgebreiden zin: de belangen onzer gemeentenaren van alle religie en stand. In deze moeilijke, hoogst ernstige tijden, wordt dus heel veel van u gevraagd. Onder Godes zegen krachtig gepoogd wat Uwe hand vindt om te doen, hoop ik dat Uw ambt rijk gezegend zij. U is een man met een klinkende naam, van afkomst edelman; adeldom verplicht nietwaar?

Moge nimmer, wanneer het Gaasterland en de Burgemeester betreft: ,,Och, what’ is a name”, maar zij het zóó, dat Uw in den volksmond bijna onuitsprekelijke naam, steeds onuitsprekelijk worde geeerd in den vervulling van uw ambt. Mijnheer de Voorzitter, ’s Heeren rijken zegen zij met U en Uw huis; strekke het tot heil voor de gemeente Gaasterland.

 

 

 

 

Welkomstwoord van den secretaris Van Hout

 

 

Indien het mij vergund is in deze vergadering een kort woord te spreken, dan wil ik daarvan gaarne gebruik maken.

Geachte Burgemeester.
In de eerste plaats wil ik dan mijn hartelijke gelukwensch voegen bij de vele die U hedenmiddag reeds zijn toegebracht en heet U, ook namens alle ambtenaren, veldwachters en werklieden der gemeente hartelijk welkom in deze gemeente. Vel zal ik hieraan niet toevoegen wijl ik dan allicht in herhaling zou vallen van hetgeen zooeven door anderen is gezegd. Uwe benoeming tot Burgemeester dezer gemeente is m.i. voor U een eervolle onderscheiding, wijl ons in den laatsten tijd meermalen werd verteld dat voor de burgemeestersbetrekking dezer gemeente veel animo bestond en vele bekwame mannen naar dit ambt dongen. Dat U waardig geacht werd voor deze betrekking geeft ons vrijmoedigheid te veronderstellen, dat wij in U een bekwaam Burgemeester zullen hebben.

De taak van en Burgemeester is wel zóó uitgebreid, dat het terrein van zijn werkzaamheden bijna onbegrensd is, en vooral in een gesaneerde gemeente als deze is de taak van een Burgemeester niet gemakkelijk en zijn verantwoordelijkheid groot. Gaarne wil ik U van mijn kant de verzekering geven dat ik in alle opzichten bereid ben, voor zooveel dat wordt gewenscht en in mijn vermogen ligt, U in die niet gemakkelijke taak ter zijde te staan, en ik ben er van verzekerd dat ook de andere ambtenaren der gemeente met eenzelfden geest bezield zijn. Voorts hoop ik dat de belangen van die ambtenaren, die de onmisbare schakels zijn in het geheel aan den gemeentedienst bij U in veilige handen zijn. Van harte wensch ik U toe dat U gegeven worde wijsheid, opdat U door goed beleid, rechtvaardigheid en voorzichtigheid doch met vaste hand, de gemeente moogt besturen, opat onder Gods zegen de gemeente Gaasterland onder Uw leiding een schoone toekomst tegemoet mag gaan. Ook U Mevrouw wenschen wij geluk met de promotie van uw echtgenoot, roepen een hartelijk welkom toe en hopen dat u hier zich spoedig thuis moogt gevoelen en dat U vele gelukkige jaren in Gaasterland moogt doorbrengen.

 

Als deze is uitgesproken neemt de heer Verkouteren, burgemeester der gemeente Sloten het woord en zegt van deze gelegenheid gebruik te maken om namens de collega’s uit den Zuidwesthoek der provincie den nieuwen burgemeester van Gaasterland te verwelkomen. Deze benoeming was een zekere verrassing een had voor velen een aantrekkelijkheid, gezien de vele sollicitanten. Spreker hoopt dat het contact tussen hem en de Gaasterlandsche burgemeester, dat er ook voor dezen bestond mag bestaan blijven en vernieuwd, ook zijn woning op Voorstreek 113 te Sloten staat steeds voor hem en Mevrouw thoe Schwartzenberg open, gedachtig aan het spreekwoord, dat een goede buur beter is als een verre vriend! Hij wenscht hen beiden tenslotte Gods zegen op den verderen levensweg.

Burgemeester Mr. van Haersma Buma van Stavoren brengt wethouder Keuning en den raad namens de familieleden van den nieuwen burgemeester hartelijk dank voor de gastvrije en gulle ontvangst, hetgeen door de familie zeer op prijs wordt gesteld. Hij hoopt dat de verwelkoming en ontvangst een belofte voor de toekomst moge inhouden en terugslaan op de verstandhouding tusschen burgemeester en ingezetenen. Z.Ed.Achtbare spreekt er zijn vreugde over uit dat zijn familielid, de nieuwe burgemeester is gekomen in een gemeente waar men in brede lagen nog vasthoudt aan de waarde en de wetten vervat in Gods Woord en acht een burgemeester, die zulk een gemeente mag regeeren gelukkig. Hij wijst op de voorkomende crisis in gezagsverhoudingen en hoopt dat des Heeren onmisbaren zegen mag rusten op de burgemeester en diens gezin, opdat hij tot grooten zegen hier moge werkzaam zijn.

De heer Burgemeester dankt hierna allen hartelijk voor de gesproken woorden, die hij ook als zijn verwelkoming, die een ,,blijde incomste” bleek te zijn, zeer op prijs stelde en stelt daarna voor over te gaan tot verdere behandeling van de raadsagenda punt 5. Benoeming ambtenaar van den burgerlijke stand. De aanbeveling luidt aldus:

  1. Baron thoe Schwartzenberg en Hohenlanszberg.
  2. A. Keuning.

Als men tot stemming zal overgaan, vraagt de heer Rampion hoe men nu wel de naam van de burgemeester moet schrijven. Deze antwoordt hierop heel gemoedelijk: zet U maar burgemeester, dan weten wij het wel! Als de stemmen worden uitgebracht op den heer Burgemeester, die voor het in hem gestelde vertrouwen bedankt en zegt dat deze functie door hem met genoegen wordt aangenomen, aangezien hij dit een ambt vindt dat bij het burgemeesterschap behoort en hij ook in de vorige gemeente altijd met genoegen waarnam.

Tenslotte wordt tussen 16.00 en 17.30 uur een receptie gehouden in het gebouw voor Christelijke Belangen in Balk.

Het gehele gezelschap in de raadhuis te Balk bij de installatie op 15 mei 1934 van G.W.C.D. baron thoe Schwartzenberg en Hohenlandsberg als burgemeester van de gemeente Gaasterland.

OVERZICHT WERKZAAMHEDEN

In zijn burgemeestersperiode van 15 mei 1934 tot 1 november 1964 heeft Schwartzenberg als eerste burger van Gaasterland meerdere openingshandelingen verricht en de gemeente vertegenwoordigd. Zijn naam wordt ook meerdere keren genoemd bij diverse bestuursfuncties. Onderstaand krijgt u een overzicht van de diverse artikelen uit de Leeuwarder Courant. 

LC 21-07-1934 Werkkamphuis voor werklozen in Elfbergen bij Oudemirdum heden in gebruik genomen. De burgemeester spreekt zijn vreugde er over uit dat men Gaasterland als kamp heeft uitgezocht. De burgemeester heeft zelf zo’n kamp meegemaakt. Hij wenst het kamp alle goeds toe.
LC 22-01-1936 Begrafenis van Freule van Swinderen te Harich. Bij het graf spreekt de burgemeester ongeveer alsvolgt: ,,Velen uit den omtrek zullen de overledene, die immer vol liefde en toewijding was, missen. Zeer zeker zal ook deze Freule van Swinderen lang in gedachten blijven van hen, die haar liefhadden en die zij liefhad”.
LC 29-06-1936 Opening op 27 juni van de zwem- en badinrichting aan het Slotermeer bij Balk. Officiële opening vond plaats met o.m. een kort woord van de burgemeester.
LC 12-03-1937 Officiële overdracht van de aangelegde vijver in Oudemirdum door Werkkamp Elfbergen. Prof.Dr.C.G.Wagenaar uit Utrecht van de Centrale Werklozenzorg deelde mee dat het idee om een vijver aan te leggen van de burgemeester was gekomen. De gemeenteraad had in 1935 een verzoek gekregen om jeugdige werklozen beloonde arbeid te verschaffen. Op 10 september 1935 was de eerste spade hiervoor in grond gegaan. Helaas liet de deelneming uit Gaasterland zelf te wensen over. Maar uit Friesland en van elders was de animo zo groot dat bij lange na niet ieder geplaatst kon worden. De burgemeester aanvaardde aan het eind van de officiële opening de vijver namens het gemeentebestuur van Gaasterland. Hij dankte alleen die aan de totstandkoming ervan hadden meegewerkt.
LC 17-01-1939 Burgemeester Schwartzenberg sprak als vriend de heer P.W. ter Haar toe bij diens installatie als burgemeester van Stavoren.
LC 31-03-1939 Burgemeester Schwartzenberg wijdde de klok in van het Werkkamp Elfbergen te Oudemirdum. Daarna gaf hij de sleutel aan de kok van het kamp die tevens klokkenluider was.
LC 01-07-1939 Burgemeester J.Krol Jzn neemt afscheid als burgemeester van de gemeente Hemelumer Oldephaert en Noordwolde wegens vertrek in dezelfde functie naar Vriezenveen. In zijn afscheidswoord zegt hij o.a. ,, u, meneer Schwartzenberg, schonk mij als een echte edelman uw hartelijke toegenegenheid”.
LC 04-10-1939 Bij de installatie van de heer Reitsma als nieuwe burgemeester van Hemelumer Oldephaert en Noordwolde sprak Schwartzenberg als vertegenwoordiger van de aangrenzende gemeenten.
LC 25-05-1940 Burgemeester Schwartzenberg is spreker bij installatie van burgemeester J.H.W. van Kouteren in Doniawerstal. Schwartzenberg herinnert de ,,buurman , dien hij nu ook blijft als voormalig burgemeester van Sloten, aan de prettige samenwerking. Een nauwere samenwerking zal er blijven t.o.v. de distributie in distributiekring Doniawerstal waartoe de gemeenten Gaasterland en Sloten ook behoren.
LC 07-06-1940 Bij de installatie van de heer Bakker als nieuwe burgemeester van Sloten, spreekt Schwartzenberg zijn gelukwens uit als collega van de aangrenzende gemeente.
LC 15-06-1940 Bij de opening van de Coöperatieve Grasdrogerij Gaasterland en omstreken in Harich was de burgemeester één der sprekers. Hij zei zich er ten zeerste over te verheugen dat met de instelling van deze grasdrogerij de gemeente Gaasterland er weer een industrie bijgekregen heeft, wat niet anders dan een verruiming is van de werkgelegenheid. Hij eindigde met de beste wensen voor dit bedrijf uit te spreken en hoopte dat het bestaan ervan een groot belang moge zijn voor Gaasterland en omstreken.
LC 16-07-1940 Met Schwartzenberg wordt een interview gehouden over het toerisme. Hij is voorzitter van de gemeentelijke Vereeniging voor Vreemdelingenverkeer. Hij zegt o.a. dat het niet slecht lijkt met het toerisme in Gaasterland. Over de plaats Balk is hij minder positief: ,,In Balk is men niet zoozeer ingesteld op vreemdelingenverkeer. De aard der bevolking leent zich niet goed voor een goed pensionswezen”. Het artikel eindigt met de beschrijving van Gaasterland door Schwartzenberg: ,, Een prachtig brok natuur, dit Gaasterland, een recreatieoord bij uitnemendheid en voor den natuurliefhebber een allerkostlijk land om eens heerlijk te grasduinen. Bosch en heide, akkers en weiden, hoog en laag, kliffen en zeestrand, rustieke dorpjes en bochtige paadjes wisselen elkaar bont een aangenaam-verrassend af en geven elkaar aan Gaasterland dat onnoembare eigene, dat men bij ieder bezoek blij herkent, maar dat zich toch zoo moeilijk definieeren laat”.
LC 25-11-1940 Schwartzenberg wordt in de jaarlijkse provinciale A.N.W.B. vergadering benoemd tot consul voor de vertrokken burgemeester Verkouteren uit Sloten
LC 27-11-1940 In de Ned. Hervormde Kerk te Balk wordt de heer G.W.C.D. baron thoe Schwartzenberg en Hohenlansberg benoemd tot notabel.
LC 13-01-1941 Onder voorzitterschap van burgemeester Schwartzenberg wordt een ijswegencentrale opgericht voor de gemeente Gaasterland. Schwartzenberg wordt benoemd tot voorzitter.
LC 18-03-1941 In de jaarvergadering van het Friese tehuis Pro Senectute wordt Schwartzenberg in het dagelijks bestuur gekozen als opvolger van Mr. M.S. van Haersma Buma.
LC 02-05-1944 In de provinciale V.V.V. vergadering wordt Schwartzenberg gekozen als dagelijks bestuurder.
LC 16-03-1949 Mevrouw Schwartzenberg neemt zitting in de provinciale Stichting ,, Het Vierde Prinsenkind” dat de werkzaamheden overneemt van het Prov. Bureau voor de Verzorging van Oorlogsslachtoffers.
LC 29-06-1950 Autobusonderneming Zuidwesthoek in Balk opende 28-06-1950 officieel de grote nieuwe garage en andere bedrijfsgebouwen. Bij deze gelegenheid haalde Schwartzenberg herinneringen op aan vroeger en huldigde de aanwezige pionier Marten de Boer.
LC 22-08-1951 Rijster ondernemers organiseren enkele dagen lang de Relihanto, een hoofdzakelijk als landbouwtentoonstelling ingerichte expositie met een reeks agrarische, sport- en muziekevenementen. Schwartzenberg opent deze tentoonstelling van 41 binnenstands en 800m2 ruimte voor buitenstands. Hij prees de moed tot het organiseren van deze tentoonstelling.
LC 12-04-1952 Het Van der Wal’s Rusthuis in Sloten wordt geopend. Schwartzenberg wordt genoemd als één van de vele sprekers.
LC 05-12-1952 De nieuwe Christelijke school te Nijemirdum wordt geopend en Schwartzenberg biedt zijn gelukwensen aan.
LC 28-03-1953 Mevrouw Schwartzenberg wordt benoemd tot presidente van de met 22 leden opgerichte afdeling van de Ned. Christelijke Vrouwenbond.
LC 23-04-1953 De Commissaris der Koningin opent het nieuwe moderne gemeentelijk administratiegebouw in Balk. Burgemeester Schwartzenberg geeft een historisch overzicht en noemde de oude behuizing ,, een korf gevuld met nijvere bijen”.
LC 05-05-1953 Vierde Militaire Afdeling eerde in het kader van e Nationale herdenking de gevallenen in sobere, stijlvolle herdenking in Heerenveen. Er namen 1800 militairen deel en vele burgerlijke autoriteiten. Burgemeester Schwartzenberg wordt genoemd als één der aanwezigen.
LC 15-05-1953 Op Hemelvaartsdag waren er 10 accordeonensembles aanwezig in het Rijsterbos. De commissie ,,Riis Foarút” organiseerde dit voor Friesland ongewone concours. Het wordt door Burgemeester Schwartzenberg geopend.
LC 28-05-1953 Voor de tweede maal werd het accordeonconcours gehouden in het Rijsterbos. Ook nu weer werd het concours door burgemeester Schwartzenberg geopend. Er waren 12 orkesten.
LC 18-04-1955 It Fryske Gea (1553 leden) herdacht het 25-jarig bestaan. In deze bijeenkomst werd G.W.C.D. Schwartzenberg benoemd tot bestuurslid. Hij werd benoemd in de plaats van de overleden Joh. Hoekstra uit Koudum.
LC 03-09-1955 Burgemeester Schwartzenberg opent de deuren van de nieuwe school voor Christelijk Volksonderwijs.`
LC 28-09-1955 Onder vrolijke tonen van het Bakhuister muziekcorps Euphonia opende burgemeester Schwartzenberg het nieuwe gebouw van de Coöp Boerenleenbank. De bank bestond dat jaar 50 jaar.
LC 12-01-1956 Hoofdenkamer bij tweemansschool? Bijzondere Gaasterlandse school in beroep bij Raad van State. De gemeenteraad had een verzoek daarvoor afgewezen. Voor de Raad van State wees de burgemeester er op dat vernietiging van het Gaasterlandse raadsbesluit consequenties met zich mede zal brengen omdat Friesland niet minder dan 150 tweemansscholen heeft waarvoor dan natuurlijk ook een hoofdenkamer zal worden aangevraagd..
LC 30-01-1956 Burgemeester Schwartzenberg was aanwezig bij de uitreiking van het gouden viooltje in Hotel Jans te Rijs. Deze prijs was toegekend door het Frysk Orkest vanwege de financiële acties die de commissie ,,Riis Foarút” had gehouden ten bedrage van f. f. 730,13 hetgeen een bedrag van f. 2,13 per inwoner betekende.
LC 27-03-1956 In een ledenvergadering van de Coöp Zuivelfabriek in Hemelum reikte burgemeester Schwartzenberg de gouden medaille uit behorende bij de orde van oranje Nassau aan de heer W. Draaijer. Deze was 50 jaar bestuurslid geweest waarvan de laatste 27 jaar voorzitter. Hij werd ook nog eens tot erelid benoemd.
LC 05-04-1956 Voorzitter Schwartzenberg van V.V.V. Gaasterland stelt zich niet langer herkiesbaar als bestuurslid.
LC 11-05-1956 Burgemeester Schwartzenberg opende op Hemelvaartsdag een zang- en muziekconcours in Rijs dat georganiseerd was de door commissie ,,Riis Foarút”.
LC 16-07-1956 De Moskee van Wyldemerk, de tweede van geheel Nederland, is zaterdag in gebruik genomen. Het krantenartikel begint direct met de rede van burgemeester Schwartzenberg. Hij zei dat wanneer iemand twintig jaar geleden iemand hem verteld zou hebben dat de gemeente een tamelijk grote, bijzonder hechte mohammedaanse bevolkingsgroep zou krijgen, dan had hij hartelijk gelachen en de man verteld dat hij zijn fabeltjes waarschijnlijk met meer succes op een feestavond zou kunnen slijten.

Het was immers hoegenaamd niet te voorzien dat juist op dit brokje grond, een streek die bekend staat als een bolwerk van protestantisme, de tweede moskee van Nederland zou verrijzen. Hoe het ook zij: ze staat er!. Allerlei onverwachte en ongewilde omstandigheden hebben ertoe geleid. Wij kunnen blij zijn, dat de Moslims van Wldemerk hun volhardendheid met succes bekroond zien en in de toekomst hun geloof kunnen belijden op de wijze en in de omgeving, die zij de juiste achten. U heeft dit niet gewenst, u had ook liever anders gehad. Het stemt echter tot dankbaarheid, dat uw komst geen schokken teweegbracht. Ondanks de belangrijke groepsverschillen accepteert de oude bevolking u en zij is nu met u blij, dat u uw doel, tenminste voor wat dit deel betreft, heeft kunnen bereiken.

LC 15-11-1956 Friesland helpt het door Rusland belegerde Hongarije. De eerste Friesche hulpcolonne kan vertrekken. Burgemeester Schwartzenberg deelt mee dat in de gemeente Gaasterland de Rode Kruiscollecte f. 6268,40 heft opgebracht waarvan f. 1261,60 uit Oudemirdum kwam.
LC 18-12-1956 Klokkenstoel te Ruigahuizen overgedragen en ingeluid. De nieuwe klokkenstoel op het kerkhof is overgedragen aan de kerkvoogden van de Hervormde gemeente Harich en door burgemeester Schwartzenberg ,,ingeluid”. De burgemeester vertelde over de zwerftochten van de klok.
LC 02-01-1957 Opnieuw een groep Hongaren onderweg naar Friesland. Er is een vierde groep van 33 Hongaren onderweg naar Friesland. De vluchtelingen zullen in Hotel Jans te Rijs worden ondergebracht. Een ontvangstcommité – onder voorzitterschap van burgemeester Schwartzenberg – zal de vluchtelingen welkom heten.
LC 04-01-1957 Burgemeester Schwartzenberg heette de vluchtelingen welkom en zijn toespraak werd vertaald door Mevrouw M. Bleeker-Lukacs. Het blijkt dat burgemeester Schwartzenberg gisteravond nog maatregelen heeft genomen voor de ontspanning van de Hongaren.
LC 30-01-1957 Onderwijsvernieuwing in de Christelijke Landbouwschool te Balk. Het gebouw werd sterk uitgebreid. Burgemeester Schwartzenberg hield een rede waarin hij de school een uitstekende toekomst toewenst.
LC 13-04-1957 Balk krijgt een nieuwe vijflokalige Chr. Uloschool. De oude school (vier lokalen) komt in gebruik van het openbaar ULO onderwijs. De burgemeester Schwartzenberg verrichtte de openingshandeling. De voorzitter van de schoolvereniging, de heer P. Boomsma, reikte hem daartoe de sleutel over van van de schooldeur.
LC 01-07-1957 Gemeente Gaasterland dichterbij gestelde doel. Friesland’s eerste ,,echte” bungalowkamp ,,Fonteinbos” kan gasten ontvangen. Burgemeester Schwartzenberg verrichte de symbolische opening door de bezoekers toegang te verschaffen tot de volledig ingerichte bungalow ,, De Reiger”. ,, Gaasterland en in het bijzonder Oudemirdum verheugen zich met u. Wij moeten onze toekomst zien in het toerisme en niet al te veel in de uitbreidng van de industrie”, aldus de burgemeester.
LC 04-03-1958 Familie P. Spoelstra van Westerein-Harich door Waterleidingbedrijf I.W.G.L. goed bedacht. De 100.000ste aansluiting op het waterleidingnet. Burgemeester Schwartzenberg bood namens het gemeentebestuur de gelukwensen aan en vertelde over de geschiedenis van Gaasterland en de waterleiding.
LC 06-03-1958 Burgemeester Schwartzenberg reikte aan het beijveringscomité voor het Coulonhuis van de Fryske Akademy een kleine ree uit. Dit betekende dat dit actiecomité was benoemd tot erkende ,,schooiers”. De gemeente had voorlopig f. 1189,02 opgebracht. Schwartzenberg vertelde in zijn rede dat het isolement van deze streek ertoe leidde dat men geen deelhad aan algemene Friese cultuurmanifestaties. Dat is geen uiting van ongeïnteresseerdheid, maar wel één van de oorzaken, dat men bij acties als deze even langer tijd nodig heeft om op glee te komen. Toch heeft – zo zei dr. Kok – dit isolement voor Gaasterland ook een goede zijde gehad: de streek hield er zijn cultureel niveau door (onbedorven door tingeltangelinvloeden) en de Gaasterlander bleef mens. Dit is voor de toekomst een sterke troef en daarom zullen ongetwijfeld velen Gaasterland als vacantieoord kiezen. Het zal als recreatieoord aantrekkingskracht houden als Gaasterland zichzelf blijft en de Gaasterlanders bewuste mensen blijven.
LC 15-03-1958 Openbare ulo-school te Balk verhuisde naar beter gebouw. Burgemeester Schwartzenberg opende op 14 maart het gebouw. In de bovenzaal van Hotel Boonstra te Balk sprak Schwartzenberg als eerste spreker. Hij vertelde dat de school met ongeveer 20 leerlingen was gestart. In 1948 waren er 103 leelringen maar toen werd de Christelijke ULO gesticht en zakte het leerlingenaantal naar 48. Na 1952 steeg het weer en nu waren er ongeveer 60 leerlingen.
LC 28-03-1958 In Zuidwesthoek verving de telefoonautomaat het ,,handbureel”. Burgemeester Schwartzenberg opende de nieuwe telefoonknooppuntcentrale aan de Wilhelminastraat in Balk. De tijd was nu voorbij dat telefoongesprekken door een persoon (meestal een telefoonjuffrouw)  totstand moesten worden gebracht. De opening bestond uit het feit dat de burgemeester als eerste het automatische net gebruiken en hij deed dat door de Commissaris der Koningin op te bellen met de mededeling dat de automatisering in de Zuidweshoek een feit was geworden. De echtgenote van de burgemeester had daarvóór een draadje doorgeknipt tussen het oude en het nieuwe toestel.
LC 22-05-1959  Boerenleenbank nam in Balk fraai nieuw pand in gebruik. Burgemeester Schwartzenberg opende het nieuwe pand met een sleutel die hij had gekregen van de zevenjarige Jannie de Jong, een dochter van de kassier. De elfjarige Geeske de Jong bood mevrouw Schwartzenberg een boeket bloemen aan. De negenjarige Jelle de Jong keek toe of alles goed ging.
LC 17-06-1959 ,,Ta Him dyn Begearte” krige yn Sondel in knappe opfiering. Sa’n 600 man hawwwe yn it iepen lofttheater te Sondel de opfiering bywenne fan dit troch Ypk van der Fear ( âld ynwenster fan Sondel)  skreaune roman. Yn de krante stiet dat boargemaster Schartzenberg mei syn wethâlders en ûnderskate riedsleden sjoen hawwe dat harren garânsje net foar neat jown is. Vertaling: ,,Tot Hem uw begeerte” kreeg in Sondel een mooie uitvoering. Zo’n 600 mensen hebben in het openluchttheater in Sondel de uitvoering meegemaakt van deze door Ypk van der Veer (oud inwoner van Sondel) geschreven roman. In de krant staat dat burgemeester Schwartzenberg met zijn wethouders en meerdere raadsleden gezien hebben dat hun garantie niet voor niets gegeven is.
LC 10-09-1959 Friese gasten op het paleis. Meer dan 500 Nederlanders in ,,avondkleding” zijn door de Koningin en prins ontvangen in het paleis op de Dam in Amsterdam. Bij de genodigden was burgemeester Schwartzenberg.
LC 24-10-1959 Zilveren penning voor Gaasterland. De Zeeuwse gemeente Wolphaertsdijk op Zuid-Beveland heeft zijn dank betuigd aan de gemeente Gaasterland, die samen met Harlingen en Smallingerland de gemeente had geadopteerd na de watersnoodramp van 1953. Burgemeester Schwartzenberg en echtgenote nemen hiervoor een zilveren erepenning en oorkonde in ontvangst
LC 28-11-1959 Burgemeester Schwartzenberg wordt tijdens de jaarvergadering van de provinciale VVV herkozen als bestuurslid.
LC 29-04-1960 Burgemeester Schwartzenberg wordt benoemd tot Ridder in de orde van Oranje-Nassau.
LC 28-10-1960 Burgemeester Schwartzenberg wordt aangewezen als lid van de ,,Studiecommissie Toerisme Zuidwest Friesland”. Deze commissie heeft zich tot doel gesteld een jaar bezig te zijn met de inventarisatie van de bestaande toestand met betrekking tot de toeristische mogelijkheden. Ook zal de commissie wegen aangeven waarlangs deze mogelijkheden ontwikkeld kunnen worden. Op 12 juni 1962 is het rapport aan de Commissaris der Koningin aangeboden.
Lc 22-12-1960 In de raadsvergadering van Gaasterland maakt voorzitter Schwartzenberg (tevens algemeen bestuurslid van het Fryske Gea) ernstig bezwaar tegen de opmerking van het Fryske Gea dat de gemeentelijke plannen voor verbetering van de weg Sloten-Wijckel-Balk een schetsplan is. De plannen hielden in dat een gedeelte van het Van Coehoornbos in Wijckel hiervoor opgeofferd moesten worden. Tegen de vereniging It Fryske Gea zou een onteigeningsprocedure worden opgestart.
Lc 27-03-1961 Bij de jaarvergadering van it Fryske Gea komt de kwestie van het Van Coehoornbos in Wijckel weer boven drijven bij het agendapunt bestuursverkiezing. Immers, Schwartzenberg was een voorstander van onteigening ten behoeve van wegaanleg door het Van Coehoornbos en It Fryske Gea, waarvan hij bestuurslid was, bestreed deze plannen. Het voorstel om de periodiek aftredende leden te herbenoemen, ondervond veel tegenstand in de jaarvergadering waardoor er gestemd moest worden. Eén lid zei nl. : Wij hebben in het bestuur strijders nodig voor onze zaak en ik meen, dat niet elk bestuurslid zo kan worden gekwalificeerd”. Bij de daaropvolgende stemming kreeg mr. F.H. van den Brink 36 stemmen en Schwartzenberg 17 stemmen hetgeen zijn heengaan betekende uit het bestuur. Toen de voorzitter de heer Schwartzenberg bedankte voor hetgeen hij voor het Fryske Gea heeft gedaan, merkte Schwartzenberg op: ,, Och, meneer de voorzitter, ik zal mij maar beschouwen als het eerste verkeersslachtoffer op de nieuwe weg”. De voorzitter sprak toen de hoop uit dat het bij dit ene slachtoffer mocht blijven.
LC 10-05-1961 Tjeerd van Dijk gaat heen als directeur gemeentewerken Gaasterland. Burgemeester Schwartzenberg reikte een fraai polshorloge met inscriptie uit aan de scheidende jubilaris. Het ging vergezeld van een enorme doos sigaren.
LC 05-07-1961 Christelijke Historische Uniekamerleden brachten bezoek aan de Zuidwesthoek. In Balk besprak burgemeester Schwartzenberg met deze delegatie ondermeer de bosrecreatie. Aan deze excursue namen ondermeer deel: dr. H.W.Tilanus, Freule Wttewaal van Stoetwegen, schoonzuster van de burgemeester) en de heer Jochem de Ruiter ( oud-Balkster).
LC 18-09-1961 Op excursie Fries Genootschap: ,,Neen” en ,,Ja” tegen een weg door het Wijckelerbos. Burgemeester Schwartzenberg legt dit gezelschap van Geschied-, Oudheid- en Taalkunde ter plekke uit bij het Van Coehoornbos waarom de gemeenteraad gekozen heeft om een klein gedeelte van het bos op te offeren ten behoeve van de verkeersveiligheid.
LC 30-05-1962 Burgemeester J. Russchen nam na bijna 14 jaar afscheid van Workum. Burgemeester sprak hem toe als plaatsvervangend afgevaardigde van de Burgemeesterskring uit de Zuidwesthoek.
LC 19-06-1962 Workum heeft nieuwe burgemeester vol verwachting begroet. Slagvaardige Mr. B. van Haersma Buma legde daarvoor zelf stevig fundament. Burgemeester Schwartzenberg sprak een woord van welkom uit naam van de burgemeesters in de Zuidwesthoek en als familielid.
LC 20-11-1963 R.K. Kleuterschool Bakhuizen kreeg nieuwe vleugel. Burgemeester Schwartzenberg verrichtte de opening nadat het gebouw door pastoor F.H. Kolkman was ingezegend.
LC 27-03-1964 Burgemeester Schwartzenberg neemt het eerste kievitsei uit de gemeente in ontvangst van Johannes Bakker uit Balk. Bakker had het ei vlak bij het sportveld gevonden.
LC 28-05-1964 Vogelpark Sybrandy in Rijs is een aanwinst. Burgemeester Schwartzenberg verrichtte de opening door het een doek weg te trekken van het grote bord met de naamsaanduiding. Tegen de achtergrond van vogelgeluiden uit het park met zijn vijfhonderd kleurig gevederde dieren stak de burgemeester zijn loftrompet over dit particulier initiatief van Rients Sybrandy. De burgemeester was verder van mening dat deze ontspanningsgelegenheid prachtig past in het Gaasterlandse geheel en in dat van Rijs in het bijzonder.
LC 10-06-1964 De Luts moet in honderd dagen schoon zijn. Johan Klip uit Krimpen aan de Lek begint met het verwijderen van de blabber uit de Luts tot anderhalf meter beneden Fries zomerpeil. Een heel karwei omdat op sommige punten de modder zo hoog ligt dat er nog naar 40 centimeter water staat. Al dit vuil had zich in dertig jaar opgehoopt. Burgemeester sprak zijn grote vreugde uit dat er eindelijk met het werk begonnen kon worden. Hij zag dit als een begin want Balk zou volgens hem een centrale riolering moeten hebben met een zuiveringsinstallatie.
LC 02-11-1964 Baron thoe Schwartzenberg neemt afscheid als burgemeester van Gaasterland.
LC 25-11-1964 Jaarvergadering Friese VVV. Oud-burgemeester GWCD baron thoe Schwartzenberg en Hohenlandsberg neemt afscheid in verband met zijn vertrek uit de provincie. Hij had 32 jaar voor de VVV Gaasterland zitting gehad in het bestuur waarvan vele jaren als penningmeester. Voorzitter E.K. Hoekstra bedankte Schwartzenberg voor zijn vele en langdurig werk voor de provinciale VVV.
LC 28-11-1964 Notaris A. Visser te Balk zal op donderdag 3 december 1964 om 10.30 uur ten verzoeke en ten huize van oud-burgemeester Thoe Schwartzenberg bij boelgoed à contant verkopen: Buffet, div. stoelen en tafels, kachels, vloerkleed, vloerbedekking, lampen, staande schemerlamp, overgordijnen, vitrage, elektrische kachels, kapstok, schilderijen, marmeren klok, traploper met koperen roeden, maantafeltje, ledikanten, matrassen kussens, divankleed, vlaggen met wimpel en koord, huishoudtrappen, butagasstellen, petrol, stellen (ijskast (nedalo), potten , pannen, steengoed, tuinparasol, tuinmeubelen enz. enz. Bezichtiging op boelgoeddag half 10 tot half 11.
LC 09-01-1965 Oud-burgemeester van Gaasterland overkwam auto-ongeluk in Spanje. De auto liep zware schade op, maar noch Schwartzenberg noch zijn echtgenote leden persoonlijk letsel. Zij waren op 8 december vertrokken om hun vacantie in Malaga door te brengen. Tegen de zomer wilden zij terugkomen om een nieuwe woonplaats in Nederland te zoeken.
LC 02-07-1965 Legpenning van ANVV voor actieve VVV-er Schwartzenberg. Tijdens de voorjaarsvergadering van het ANVV in landbouwcoöperatiecentrum Oranjewoud te Heerenveen kreeg Schwartzenberg de erelegpenning van het ANVV uitgereikt waarvan de Friese VVV deel uit maakte. Schwartzenberg sprak een dankwoord.
LC 07-09-1974 De heer en mevrouw Schwartzenberg worden genoemd als deelnemers aan de eerste reünie van Oud-Balksters. Zij wonen dan in Arnhem.